Om een idee te krijgen van wie Eugène Poppe is, kun je hieronder in het kort zijn levensverhaal lezen.
Ik ben geboren op 19 oktober 1951 in Deventer. Mijn ouders waren net een jaar daarvoor vanuit Indonesië naar Nederland gekomen. Mijn moeder werd in dat land geboren als dochter van een boer en werkte jaren als onderwijzeres. Mijn vader ging er in 1938 als KNIL-militair naartoe. De oorlog brak uit en mijn moeder werd samen met mijn broer en zus opgesloten in een Japans kamp. Mijn vader werd overgebracht naar Birma om daar aan de bekende spoorlijn te werken.
Hoewel niet direct hebben deze oorlogservaringen altijd wel een rol gespeeld in mijn leven. Een aantal van mijn tantes en mijn oma verloren hun mannen in deze oorlog. Mijn ouders, vooral mijn moeder, heeft zich altijd een beetje een vreemdeling gevoeld in Nederland. Nu realiseer ik me dat ik hierdoor een zwak heb voor asielzoekers en dat verklaart waarom ik al meer dan 15 jaar onder deze groep mensen werk.
Ik heb een goede jeugd gehad totdat op mijn 9e mijn zuster voor de eerste keer werd opgenomen in een GGZ instelling, waar ze uiteindelijk 42 jaar heeft gewoond. Dat was ook de periode waarin onze familie tot geloof kwam. Het was ook de periode dat mijn moeder ziek werd. Hoewel ze al vrij jong regelmatig last had van migraine, werd dit zo erg dat ze hele dagen op bed lag. Het ging van kwaad tot erger en uiteindelijk heeft mijn vader vervroegd ontslag genomen uit militaire dienst om mijn moeder te kunnen verzorgen. Dat heeft uiteindelijk 17 jaar geduurd.
De ziekten van mijn zuster en moeder hebben een stempel op mij gedrukt. Ik sloeg hierdoor mijn jeugd over en werd vrij snel volwassen. Achteraf te snel. Hoewel ik in eerste instantie dacht dat ik de ziekte van mijn zuster en moeder goed verwerkt had, bleek dat later toch niet zo te zijn geweest. Ik had de pijn en moeite die ik daarbij ervoer gewoon weggestopt. Het gevolg was dat mijn spontaniteit naar de achtergrond verdween en ik meer gereserveerd en afstandelijk werd.
Ook in mijn geloofsleven heeft vooral de ziekte van mijn moeder best strijd gekost. Ik bad veel voor genezing, die niet kwam. Mensen uit mijn omgeving probeerden daar een verklaring voor te geven, die echter geen verklaring voor mij vormde. Gelukkig heb ik God nooit in de beklaagdenbank gezet, maar ik vind het tot op de dag van vandaag nog steeds moeilijk om voor genezing van zieken te bidden.
Op de lagere school kwam ik er al vrij snel achter dat ik dyslectisch was. In die tijd wist men hier niet zo goed raad mee. Mijn moeder heeft jarenlang bijna elke dag met me gelezen om me hiermee te helpen. Hoewel ik tot op de dag van vandaag de beperkingen van dyslexie ervaar, heb ik het toch een plek kunnen geven en ook de kracht ervan leren uitbuiten. Want mensen met dyslexie zijn beelddenkers en dat vind je terug in mijn onderwijs en preken.
Vanwege mijn beperking kwam ik op de LTS (Lagere Technische School) terecht, waar ik me helemaal niet thuis voelde. Gelukkig waren daar enkele leerkrachten die mij uitdaagden om toch verder te leren. Via de LTS kwam ik uiteindelijk terecht op het Instituut van de Autohandel in Driebergen. (IVA) Daar bloeide ik op en kreeg ik de kans om op mijn eigen denkniveau te studeren. Ook bleek het bezig zijn met mijn hoofd en handen een goede combinatie voor mij te zijn.
Na deze opleiding en een jaar gewerkt te hebben in een garage in Deventer kwam ik in militaire dienst terecht. Daar ontdekte ik dat God mij gaven op het gebied van leiderschap had gegeven. Een oude sergeant gaf me de kans om me daarin te ontwikkelen en leerde me de kracht van coaching en mentoraat zien. Daar ben ik hem nog steeds erg dankbaar voor.
Gedurende mijn studie op de IVA kwam het verlangen om fulltime aan de slag te gaan met het doorgeven van het Evangelie. Het resultaat was dat ik uiteindelijk bij Agapè terechtkwam, waar ik ruim 30 jaar gewerkt heb. In die tijd ontmoette ik Ineke, we trouwden in 1975 en God gaf ons drie prachtige kinderen die inmiddels getrouwd zijn. Alle drie kennen ze met hun partner de Heer, iets waar we erg dankbaar voor zijn.
Op 36-jarige leeftijd kwam ik in mijn rol als leider bij Agapè in de problemen. Door allerlei omstandigheden hadden we een enorme financiële schuld opgebouwd en ging een aantal medewerkers uit onvrede weg. Ik had sterk behoefte aan een mentor die me hielp om door deze moeilijke periode heen te komen, maar ik kon er geen vinden. Door deze ervaring ontstond echter wel het verlangen om zelf, als mijn kinderen het huis uit waren, mijn tijd en energie te steken in het begeleiden en helpen van een volgende generatie jonge geestelijke leiders. Later kwam daar nog bij dat ik graag een geestelijk vader voor hen wilde zijn.
In 2004 ben ik uiteindelijk met deze bediening begonnen onder de naam Leadershipdynamics. Door de jaren heen heb ik als trainer en mentor veel mensen mogen helpen in het ontwikkelen van hun geestelijke leiderschapsvaardigheden. De laatste jaren kwam er echter een sterk verlangen bij om niet alleen potentiële geestelijke leiders verder te helpen op weg naar volwassenheid, maar in wezen iedereen, die net als ik het verlangen heeft om op de één of andere manier met zijn leven geschiedenis te schrijven voor God, te helpen. Want het is mijn verlangen dat Nederland geestelijk iets is veranderd, omdat ik geleefd heb en op mijn kleine stukje meegewerkt heb om Gods Koninkrijk gestalte te geven.